10.1.7 | Generieke functie - Identificatie en Authenticatie
Zorgaanbieder
De communicerende zorgaanbieders dienen als identificatie het UZI-register Abonneenummer (URA) te gebruiken. De authenticatie van deze identiteit kan nog niet op een hoog niveau en door de gehele keten plaatsvinden.
Zorgverlener/gebruiker
Zorgverleners dienen geïdentificeerd te worden op basis van een uniek ID. Waar mogelijk is dit het UZI-nummer, maar ook een lokaal-id i.c.m. het URA mag gebruikt worden. De zorgverlener/gebruiker dient lokaal geauthentiseerd te worden op eIDAS-niveau hoog. Door de keten heen kan hier nog geen bewijs van worden meegeven zodat andere partijen de zorgverlener ook met zekerheid kunnen authenticeren.
GtK
De GtK’s dienen bij het opzetten van de gegevensuitwisseling elkaar te authentiseren op basis van een PKIo-servercertificaat.